Ruim 5 jaar geleden kwamen bollentelers en omwonenden in Drenthe lijnrecht tegenover elkaar te staan over het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. De oplossing werd een pilot met 9 Drentse bollentelers om te kijken of de bollen- en lelieteelt met minder chemie en groener kan.
Samen met overheden, teeltadviseurs en onderzoekers werken deze telers intensief samen om de bollenteelt structureel duurzamer te maken met een lage impact op het milieu. De proef is nog niet klaar, maar de voorlopige resultaten zijn positief. RTV Drenthe sprak met HLB-directeur Janny Peltjes en pilotleider Ben Seubring. De proeven wijzen uit dat de bollen en lelies telen met de helft minder milieubelasting kan, maar dan moet de overheid wel vaart maken met het toelaten van groenere middelen. Verder wordt gekeken naar preciezer en gerichter spuiten en het verbeteren van de bodem. Uit de proef blijkt dat milieubelasting ver teruggedrongen kan worden, maar dan worden minder bollen geoogst en daarmee kom je aan het verdienmodel voor telers. LTO-Noord lid Dion Veninga is één van de 9 telers: ‘Wij zijn al een paar bezig met een biologische bol, maar de markt en consument moet er wel om vragen.”
Deze proef staat symbool voor bewustwording en verandering in de bollensector.
De pilot Duurzame Bollenteelt Drenthe is één van de 13 pilots binnen het LTO-praktijkprogramma ‘Weerbaarheid in de praktijk’. In dit praktijkprogramma adviseren en stimuleren we telers en tuinders om emissie van gewasbeschermingsmiddelen te verminderen op erf en perceel, maar ook emissie naar de omgeving en omwonenden.