Marcel Betten puzzelt met mest voor meer mais en laat op een demodag zien hoe hij dat doet

  • LTO Noord Innovatiefonds
  • Deltaplan Agrarisch Waterbeheer
  • Bodem en Water
  • Natuur, Klimaat en Energie

Meer opbrengst met minder input vindt iedere ondernemer interessant. Loonwerker Marcel Betten van De Samenwerking in Elsloo zoekt op zijn maisproefveld naar de juiste formule. Nieuwsgierig naar de opgedane inzichten? Bezoek dan de demo Meer mais met minder mest op 5 oktober.

‘Boeren mogen steeds minder bemesten en het beteelde oppervlakte van een perceel wordt steeds kleiner. Het is een uitdaging om kwalitatief goed ruwvoer te winnen waar goed van gemolken kan worden. Die uitdaging ga ik graag aan’, zegt Marcel Betten van De Samenwerking in het Friese Elsloo. Daarom is hij begin 2023 gestart met de demo ‘Meer mais met minder mest’.

Betten voert de demo uit in samenwerking met het meerjarige programma ‘Bemest op z’n Best’ dat ammoniakemissie in de landbouw wil halveren. Als deelnemer aan het netwerk demobedrijven van het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW) deelt hij zijn kennis en ervaringen met anderen.

Vooroplopen

Betten: ‘Ik loop voorop in duurzaam bodembeheer en sta onze klanten daarin bij. Ik vind het interessant om iets nieuws te proberen en ben nieuwsgierig naar het effect van bepaalde maatregelen zoals preciezer bemesten en een andere meststof inzetten. Mijn doel is om de kwaliteit van de ruwvoeders te behouden, omdat we minder input mogen gebruiken’, licht de loonwerker toe.

‘Dat is financieel ook het interessantst voor ondernemers. En het betekent minder belasting voor het milieu en de omgeving. Dat is minstens zo aantrekkelijk. Want dat is ons visitekaartje richting de overheid en de maatschappij en onze licence to produce’, legt Betten uit.

Precisielandbouw is voor het LTO-lid de manier om de bodem in topconditie te krijgen. ‘Precies de juiste hoeveelheid nutriënten op het juiste moment en de juiste plaats toevoegen om verliezen te voorkomen in ruil voor dezelfde of zelfs hogere opbrengsten.’ De zoektocht naar wat de precieze hoeveelheid meststof is, is een puzzel die de loonwerker aantrekt.

Wisselende doseringen

Binnen de maisdemo zaaide en bemestte Betten meerdere maisstroken met verschillende bemestingstechnieken in wisselende doseringen van drijfmest en bijbemesting. Zo zette hij de veertandinjecteur, strokeninjecteur, schijvenegbemester en zodenbemester in, ieder met een andere emissiefactor. Later in het seizoen is bijbemest met drijfmest. Daarbij is gekozen om te bemesten volgens het Handboek Snijmais van Wageningen University & Research. Er is dus in eerste instantie bemest volgens de theorie.

Met behulp van het Europese project ‘Nutri-Check Net’ zijn gedurende het seizoen diverse adviessystemen ingezet om de opname van de plant te meten in de verschillende groeistadia. Denk hierbij aan de Yara N-tester, blad- en bodemmonsters van Eurofins en plantsapanalyses volgens de methode van NovaCropControl.

Een financiële bijdrage van het LTO Noord Innovatiefonds zorgt er mede voor dat de pionier uit Elsloo deze metingen in bodem en gewas kon uitvoeren en laten analyseren.

‘Die analyse is cruciaal, want cijfers liegen niet. Data delen is ook nodig, wil je andere ondernemers overtuigen. Dat is een belangrijk onderdeel van deze demo. Ik ben niet voor niets DAW-demobedrijf en wil agrarisch ondernemers laten zien dat het loont om het eens anders te doen. Beter nadenken over hoe en wat je bemest, levert financieel voordeel op’, benadrukt Betten.

Afbouw van derogatie

Wilfried Siemes van het LTO Noord Innovatiefonds kijkt ook uit naar de uitkomst van de demo. ‘Naast het beperken van de verliezen naar bodem en lucht is in deze maisdemo van belang dat er, met het oog op de afbouw van de derogatie, wordt onderzocht hoe met precisiebemesting zo efficiënt mogelijk met mest kan worden omgegaan, zodat er zoveel mogelijk mest overblijft voor het grasland’, zegt hij.

‘Het LTO Noord Innovatiefonds draagt bij aan de ontbrekende financiering van de metingen tijdens het groeiseizoen.’

Een blik op het demoveld in Elsloo geeft trouwens ook al een tipje van de sluier. Betten: ‘De mais is bijna rijp en ik rijd vrijwel dagelijks langs het proefveld. De strook met de minste bemesting staat er het best bij, vind ik. Maar of die mais ook de beste voederwaarde heeft? Dat zal laboratoriumonderzoek ons vertellen.’

Bron:

Nieuwe Oogst