‘Toen mijn vader in de polder begon met akkerbouw, deden ze het ook al: stikstof meten.’ Samen met andere akkerbouwers in Zuidelijk Flevoland deed Rolf Koops uit het Flevolandse Zeewolde de afgelopen drie jaar stikstofmineraalmetingen op hun percelen. Zo kregen ze meer inzicht in de stikstoftoestand in de bodem en pasten ze hun bemestingsstrategieën aan. ‘Je wilt het er niet voor niets opgooien’, zegt Koops.
Het idee voor dit project ontstond tijdens een winterbijeenkomst van een Zuidelijk Flevolandse studiegroep. ‘We hebben nu drie jaar verschillende percelen gevolgd’, zegt Anna Zwijnenburg, adviseur bodem en bemesting bij adviesbureau Van Tafel naar Kavel. De metingen zijn voornamelijk uitgevoerd in aardappelen en uien. ‘Dat zijn gewassen die minder efficiënt met stikstof omgaan.’
De verschillen tussen telers en tussen gewassen blijken groot. Ook tussen de gemeten jaren zijn grote verschillen te zien, vooral veroorzaakt door neerslagverschillen. ‘Hoe je teelt, kan elk jaar anders zijn’, stelt akkerbouwer Leonard Kempenaar uit Zeewolde.
Volgens Zwijnenburg is dat sterk afhankelijk van weersinvloeden door het jaar heen. Door overvloedige neerslag, zoals dit jaar, kan de stikstof bijvoorbeeld ook vervluchtigen in de lucht als de grond verzadigd is met water. De plant kan dit dan niet meer benutten. ‘Af en toe kwamen er best verrassende resultaten uit’, zegt Kempenaar.
Door voor, tijdens en na de teelt te meten, kun je je bemesting daarop aanpassen. De korting op stikstofruimte in met nutriënten verontreinigde gebieden dwingt akkerbouwers ook om meer inzicht te krijgen in hun bemesting. ‘Je hebt minder ruimte, dus moet je zorgen dat je de stikstof optimaal benut’, benadrukt Koops.
Strategie aanpassen
De resultaten van de metingen op hun percelen motiveerden de akkerbouwers om hun bemestingsstrategie aan te passen. ‘Op een gegeven moment doe je je vaste ding. Het is dan goed dat je er met dit soort dingen weer wat meer over gaat nadenken’, vindt Kempenaar.
Op een perceel achter zijn erf was het stikstofresidu in de bodem behoorlijk hoog. Volgens de akkerbouwer helpt het om resultaten van je eigen bedrijf te zien. ‘Je houdt dan toch meer rekening met bijvoorbeeld verdelen van je bemesting. Ik geef nu kleinere porties over meerdere percelen.’
Koops sloeg vorig jaar zelfs een bijbemesting over in de aardappelen. Uit de stikstofmineraalmeting kwam naar voren dat er nog veel stikstof in de bodem aanwezig was. ‘Het heeft niet verkeerd uitgepakt. De opbrengst was gelijk aan de jaren ervoor en toen heb ik wel overbemesting toegepast.’ Daarmee bespaart hij op stikstofruimte, maar ook op kosten voor kunstmest.
‘Door tijdens de teelt efficiënter om te gaan met bemesting, kun je de ruimte op een andere manier benutten’, benoemt de akkerbouwer. ‘Door andere mest toe te voegen, zoals stromest, kun je de bodem voeden.’ Dat zorgt ervoor dat je het organischestofgehalte op peil houdt en het verkleint het risico op verliezen na de teelt. ‘Je moet zorgen dat je niet inteert’, stelt Kempenaar. Inzicht in gehaltes
‘Het is best lastig om iets wat je al jaren doet te veranderen, als je weet dat dat werkt’, benoemt Zwijnenburg. Daarom is het belangrijk om met metingen inzicht te krijgen in de gehaltes in de bodem, zodat agrarisch ondernemers ook durven om het anders te doen.
Het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW) werkt samen met boeren aan het agrarisch bodem- en waterbeheer en heeft dit project gefinancierd. Het DAW ondersteunde onder meer met aanbieden van gratis stikstofmineraalmetingen, gecombineerd met een adviestraject.
Met die metingen kunnen ondernemers een stikstofstrategie bepalen en zien ze welk effect dat heeft. Daarvoor hoef je volgens de bodemadviseur niet elke hectare telkens weer te bemonsteren. ‘Het is goed om te meten, maar ga ook naar buiten. Bij een meting hoort een waarneming op het veld: waar zit de beworteling? Hoe staat je gewas erbij? Kijken is essentieel om een goede beslissing te nemen.’
Rolf Koops en Leonard Kempenaar deden drie jaar mee met stikstofmineralenmetingen. De metingen zijn voornamelijk uitgevoerd in aardappelen en uien omdat die gewassen minder efficiënt met stikstof omgaan.

Bron:
Tekst: Lisa Niens, Nieuwe Oogst | Foto's: Studio Kastermans