De zoektocht van Levien Jacobs neemt concrete vormen aan, wanneer hij aan het project ‘Bodem als Basis’, onderdeel van het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer, meedoet. Bij dit project leert hij met een iets minder chemische blik naar de bodem kijken. ‘Hoe kan ik meer natuurlijk ondernemen?’
De akkerbouwer leerde over andere meststoffen die beter zijn voor het bodemleven, efficiëntere inzet van bodemverbeteraars en het minder inzetten van nitraat. ‘Onder leiding van projectleider Gert-Jan de Graaf en later Tamar de Jager leerde ik veel over de bodem. Het zette mij aan het denken en uitproberen.’
Het 40 hectare grote akkerbouwbedrijf met gangbare gewassen als suikerbieten, uien en aardappelen uitbreiden vindt Jacobs niet logisch. ‘Dat is financieel ook lastig.’ Dus gaat zijn zoektocht naar het toevoegen van meerwaarde aan het bedrijf als opvolger door. ‘Weg van de massa, naar een meer zichtbare teelt en direct contact met de consument.’
Eerst sceptisch
Wanneer binnen het project ‘Bodem als Basis’ een informatiebijeenkomst wordt gehouden over agroforestry en notenteelt, gaat de akkerbouwer er nieuwsgierig, maar ook ietwat sceptisch naartoe. ‘Ik hoor mijn vader nog zeggen: ‘Ga er maar heen, dan weet je zeker dat het niets is’, zegt hij zich lachend.
Maar zijn interesse voor de walnoten- en hazelnotenteelt wordt gewekt op de bijeenkomst door LTO Noord-projectleider Michaela van Leeuwen en notenteeltexpert Ton Baltissen van Cropeye.
Gratis bodemadvies
Baltissen: ‘Het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer biedt agrarisch ondernemers gratis bodemadvies aan en dus ben ik ingeschakeld om met Levien te kijken naar de bodem en de mogelijkheden voor notenteelt op zijn percelen. Ik vond het leuk om te horen hoe hij helemaal om was wat betreft notenteelt en zich al enorm had verdiept in de rassen, plantafstanden en afzet.’ Komend najaar gaan de eerste walnotenbomen in de grond. Op een perceel waar nu nog tarwe groeit, komt de boomgaard.
‘Onafhankelijk advies krijgen van ervaringsdeskundigen was fijn. Over aardappelen is veel bekend, maar de notenteelt staat in Nederland nog in de kinderschoenen’, zegt Jacobs. Het nieuwe en onbekende is spannend, maar spreekt hem ook aan. ‘Ik ben creatief. Pionieren past mij wel.’ In zijn toekomstige teelt heeft hij het volste vertrouwen. ‘Walnoten staan nu ook in de Schijf van Vijf. We gaan ze alleen maar meer eten. Mooi toch als je noten dan uit Den Bommel komen?’