Lamboo Dried & Deco, Lisse
Aan het begin van de dag waren we te gast bij Koos Lamboo in Lisse. Zoon Jan runt het bedrijf en kleinzoon Rutger helpt ook regelmatig mee. Rob nam de helft van de groep mee op rondleiding door het bedrijf. Hij werkt er nu 27 jaar en daarvoor nog 6 jaar vakantiewerk. Aanvankelijk was Koos Lamboo verkoper bij de Hobaho en 1979 begon hij in de droogbloemen. Zelf geteelde bloemen en graan uit Abbenes werden gedroogd. Later werden ook akkerbouwers uit Smilde leverancier, zij hebben in deze oogstperiode tijd. Het bedrijf zat lange tijd aan de Catrijnenlaan in Lisse en bouwde in 2013 nieuw aan de 2e Poellaan. Er werd ook ruimte bij gehuurd bij Van Gerven, helaas ging die voorraad in vlammen op. Sinds 2 jaar wordt het naastgelegen pand gehuurd voor opslag en verwerking en ook nog een hal bij Onderwater. Op het eigen dak liggen 350 zonnepanelen. Er zijn 17 mensen werkzaam op kantoor en 7 vast op de werkvloer. De showroom geeft een goede indruk van het hele sortiment.
De oogstperiode is van 1 juni tot eind september. De bossen bloemen worden op karren gehangen en gaan 36 uur in één van de 6 droogcellen tussen de 80 en 90 graden, dan is 99% droog.
Zongedroogde bloemen hebben meer last van verkleuring. Er wordt gedroogd met biodiesel, vroeger was dat gas. Jaarlijks worden er 2,4 miljoen bosjes gedroogd, van totaal 60 gewassen. Er is één kweker die nog een oud tarwe soort teelt. Nieuwe soorten selecteren op vorm en lengte duurt gauw 10 jaar. Sommige bosjes gaan wel 5 à 6 maal door je handen, voordat ze de deur uitgaan. 60% van de producten wordt geverfd met Oost-Indische inkt of een soort latex, er zijn 19 basiskleuren.
Alle producten worden in de bruine dozen opgeslagen en voorzien van een traceerbaarheids-sticker, de dozen worden steeds weer hergebruikt. Er is ook import uit Tunesië en India met lokale producten die aanvullend zijn aan het sortiment. Vroeger gingen droogbloemen naar warmere landen, nu is het een wereldwijde handel. Er zijn 60 verschillende boeketten verkrijgbaar, die niet op voorraad gemaakt worden. In de zomer werken er 40 mensen extra in de hal, rond de kerst nog 20. Nu eind maart zijn er nog 10 extra die boeketten aan de boslijnen maken of aan tafels de handboeketten. De droge producten met zaden hebben een grote aantrekkingskracht op muizen, kruidnagellucht wordt ingezet om ze te verjagen.
Na het bezoek in Lisse reden we naar Zeeland, waar we op een lokale weg van nog geen 2 km, 2 uur in de file stonden. Hierdoor werd besloten het programma om te gooien. Eerst gingen we lunchen in pastoraal centrum de Haven in Yerseke. Hier kregen we ook al de eerste uitleg van lokale vrijwilligers over mosselen en oesters.
Mosselen en oesters
Mosselkwekers zaaien en oogsten hun mosselen, het zijn een soort onderwaterboeren. De handelaren hebben de laatste decennia de kwekers opgekocht. De veiling als zodanig bestaat niet meer (vorig jaar is er 3 maal geveild). Het is nu een servicestation voor kwaliteitsbepaling van de monsters.
De percelen liggen in het domein van het rijk en worden langdurig verpacht. Percelen kunnen veranderen, afspoelen of aanzanden. Het zeven van de grond is positief voor het bodem- en zee leven. Er is 6000 Ha voor Mosselen en 2000 Ha voor Oesters. Om te zorgen dat er op de juiste percelen wordt gewerkt met zaaien en oogsten, wordt er sinds 15 jaar met een track en tracé systeem gewerkt. Bij de hangcultuur (aan touwen, tussen tonnen) is er meer voedsel (algen) en zijn ze eerder eetrijp dan op de grondpercelen. Oesters komen uit de Oosterschelde en de Grevelingen. Mosselen uit de Oosterschelde en ook de wadden. Zelfs mosselen uit het Duitse wad of elders vandaan worden na een nachtje in Zeeuws water als Zeeuwse mosselen verkocht.
Eén op de 14000 oesters heeft een parel, dit is een vuiltje in de oester die wordt ingekapseld met dezelfde paarlemoer dan de binnenkant van de schelp. 14 graden is de juiste temperatuur voor de voortplanting van mosselen. PFAS is een probleem van de Wester Schelde, het zou op vaste delen hechten, niet op vissen. Micro plastics komen overal voor, en wordt door vis gegeten. Er is nu 1 elektrisch schip.
Na de lunch maken we een rondrit door Yerseke. Het dorp heeft 7000 inwoners en 5 kerken. Het grootste kerkgebouw is van de gereformeerden, zij gaan uitbreiden naar een gebouw van 2000 bezoekers. Vroeger waren er 15 boeren, nu nog 2. Er zijn veel familiebedrijven en ondernemersgeest in Yerseke. De oude haven is voor de boerenkar en de houten boot, de nieuwe haven met golfbreker is voor 60 tot 70 schepen uit de regio. Yerseke verhandelt 57 miljoen kilo mosselen per jaar.
De verwerking begint met een cycloon die de stenen eruit splitst, in bakken van 3000 / 8000 kg staan ze 4 uur in schoon water om zand uit te spoelen, daarna worden ze gesorteerd en op een band geselecteerd door meestal vrouwen. Bij het verpakken wordt in de seal-bak koolzuur en zuurstof toegevoegd, dan zijn ze langer houdbaar. Grotere eenheden gaan in jute zakken. 60 % van de oesters en mosselen wordt geëxporteerd naar België. In 1870 / 1880 bouwen industriëlen de oesterputten, nu is dat cultureel erfgoed. In de vroegere jaren was er veel handwerk. De larven worden op dakpannen opgekweekt. De oesterboorder is een probleem voor de teelt, nadat hij stukjes van de oester eet gaat deze dood. De Zeeuwse platte oester is na 5 jaar eetrijp, deze smaakt romiger. De Japanse kruisoester groeit in 3 jaar en is sterker tegen ziektes. Je kan oesters gekookt of rauw eten. Ook krijgen we van de gids nog uitleg over een kreeft.
Wilhelminapolder
Onderweg naar ons Van der Valk hotel in Goes rijden we door de Wilhelminapolder. Onze reisgenoot, Robertus Meijer heeft hier in Wilhelminadorp gewerkt bij het proefstation voor de fruitteelt en hij vertelt over het ontstaan en de historie. In 1800 / 1806 kocht een havenbaron uit Rotterdam de slikken en schorren buiten de dijk van Goes. Na enig gelobby mocht het gebied ingepolderd worden, als er maar een kanaal naar Goes gemaakt werd. De polder hete eerst Lodewijkspolder, maar dat veranderde snel nadat de Franse bezetting er niet meer was. Het gebied is in 4 delen als akkerbouwbedrijf geëxploiteerd. In 1930 is de veeteelt op het bedrijf gestopt. Het bouwplan bestaat uit meekrap (kleurstof rood), suikerbieten, aardappelen en graan. Voor dorpsuitbreiding wordt soms grond verkocht. Nu is het het grootste private akkerbouwbedrijf van 1200 Ha.
Na enkele biertjes (of iets anders) en een lekker diner was het tijd voor de nachtrust. De volgende ochtend gingen we na een smakelijk ontbijtbuffet weer op pad.
VOF Dogterom Flowerbulbs, Goeree Overflakkee (Zuid-Holland)
De roots van de oprichter liggen in Zoetermeer, waar het bedrijf van opa in 1979 wordt uitgekocht. Vader Jan start in Oude Tonge, een oom start in de buurt Vidi Fleur (tegenwoordig ook eigenaar van Mopa Bloem) en 2 ooms gaan naar de Flevopolder. Jacob-Jan (52) en zijn broer Paul (58) telen op zavelgrond (10-35% afslibbaar). In de winter zijn de sloten brak, door water uit de Haringvliet en ruilverkavelingkunnen de sloten worden doorgespoeld. Spruiten telen was in de beginjaren een belangrijke teelt. In 1980 komt daar de tulp Golden Apeldoorn bij. In 1988 worden de kuubskisten gekocht. Het teeltplan bestaat dan verder uit aardappelen, uien en Lelies. 8 jaar geleden kwam de omslag naar bollen telen in netten en niet meer spoelen.
De netten worden hergebruikt. Er wordt gewerkt met een spoorbreedte van 2,25 meter en geplant met een Koops planter. Tijdens het planten wordt er 6 tot 7 km/uur gereden en 12 Ha per dag geplant. Als vanaf 5 oktober de grond en het weer goed zijn, wordt er 12 uur op en 12 uur af gewerkt om het planten in 2 weken klaar te hebben. In de zomer wordt er gewerkt met 2 rooiers, 2 loslijnen en 2 sorteerlijnen. Er is onlangs€ 310000,- geïnvesteerd in een selectierobot/ ziekzoekkar van H2L /Smit constructie. Helaas werkt hij (nog) niet naar tevredenheid in de tulpen. Hij vindt ongeveer 30% van de virusplanten per werkgang. Een optie zou zijn de kar vaker door het partij te laten rijden, maar hij onthoudt niet de locatie van de reeds doodgespoten planten. Ook beoordeelde de machine een kwart van de zieke planten ten onrechte als besmet met virus. In de zomer werken er 140 medewerkers. 1,5 jaar geleden zijn er 8 woonunits voor 4 mensen gerealiseerd. Samen met Veronico / Bas Karsten wordt veredeld in tulpen. Er zijn nu 35 cultivars, en elk jaar komen er nog 2 à 3 nieuwe bij.
Heden ten dage bestaat het teeltplan uit 180 Ha akkerbouw (aardappelen, uien, tarwe, graszaad en bieten) dat door broer Paul en zijn zoon wordt behartigd. 140 Ha tulpen en 6 Ha hyacinten pluis van Fa Apeldoorn is de verantwoordelijkheid van Jacob-Jan en zijn zoon, die nu 5 jaar thuis werkt.
Jaarlijks worden er 80 tot 90 miljoen tulpen geproduceerd. Er zijn 2 vestigingen (een aardappelen schuur en de andere voor uien en tulpen) en een 3' vestiging met tulpen broeierij mogelijkheden wordt nu gebouwd. De hal heeft een perfodak met luchtafvoerkanalen op het dak. De buitenwanden zijn van beton met isolatie ertussen. Er is een technische ruimte en een water ruimte ook voor zuivering van erfwater. Het is de bedoeling dat de bollen in deze schuur gedroogd gaan worden. De eerste ruimte is straks ook voor de bloemenverwerking met een laaddoc erbij. In de 2' cel zal de beworteling plaatsvinden, met een doorgang naar de kassen achter de schuur van straks 2 Ha. De mogelijkheid is er dan om tot 50 miljoen tulpen te broeien.
Er is een brandwand geplaatst in de schuur, dat scheelt€ 20000,- premie per jaar. Ook is een verzekerd bedrag boven de 5 miljoen euro in 1 schuur moeilijk te verzekeren. Tuinbouw heeft meer mogelijkheden voor afschrijvingen en subsidies dan alleen kwekerijen. Jacob-Jan verwacht dat er straks vraag komt naar CO2 neutraal geproduceerde tulpenbloemen. Ook bespaar je op pellen en transport€ 6500,- per Ha en ook provisie van bollenbemiddeling valt dan weg.
Energietransitie is belangrijk voor Dogterom. 8 jaar geleden zijn er zonnepanelen geplaatst. Ook is er een mobiele zonnepanelen-unit die op het land met 5 meter per uur over de bieten rijdt.
Het bedrijf is een pilot bedrijf i.s.m. LNV, ze hebben hiervoor 4,5 jaar geleden het waterstof convenant ondertekend. Jacob-Jan is hier per week 2 dagen mee bezig. Waterstof heeft 70% rendement en 30% restwarmte, dit zonder CO2 en stikstof emissie (Diesel 40% rendement). Het CO2-neutraal produceren van de tulp lukt nog niet helemaal. Drogen en bewaren met groene elektra gebeurt al en straks trekkers die op waterstof rijden. Er wordt nu gewerkt aan een warmte opslag op 180 meter diep, met 2 warme en 2 koude boringen (ter vergelijking: Aardwarmte komt van 2 à 3000 meter diepte). XINTC electrolyzer zonder edelmetalen heeft cellen van 7,6 KW die goed te koppelen zijn, het ideale apparaat om lokaal waterstof te produceren. Jacob-Jan trekt de parallel met een kreeft, hij moet zijn pantser afwerpen om te groeien. "Durven wij als bollenvak te transformeren?"
Watersnoodmuseum
Na een lekkere lunch bezochten we nog het Watersnoodmuseum in Ouwerkerk, Zuid-Beverland. In 4 caissons die gebruikt waren om het laatste gat in de dijk te dichten was nu het museum gevestigd.
Op 1 februari 1953 vroeg in de morgen braken op meerdere plaatsen de dijken door. 200000 Ha land kwam onder water en er was 1,5 miljard gulden schade. Er waren 1835 dode mensen te betreuren en 72500 mensen moesten worden geëvacueerd worden. Er waren 3000 verwoeste woningen en 40000 beschadigde huizen. 300 boerderijen waren verwoest en 3000 beschadigd. Verdronken vee: 25000 koeien, 12000 varkens, 3000 schapen, 2000 paarden en 140000 kippen.
Op de terugweg naar huis werd chauffeur Nico in het zonnetje gezet. Ook Aad werd heel hartelijk bedankt voor de organisatie. Vrijdag aan het einde van de middag waren we weer thuis in Noordwijkerhout.
Martien van der Poel