Zoetwaterbuffer zorgt voor betere tarweoogst

  • Zoet op Zout
  • Bodem en Water
  • Groningen
  • Het Hogeland

‘De crux is om het zoete water vast te houden en te kunnen gebruiken voor je gewassen als je het nodig hebt’, dat is de reden waarom akkerbouwer Leendert Noordam antiverziltingsdrainage heeft aangelegd op zijn percelen aan de Waddenkust.

Verzilting en droogte is in toenemende mate een bedreiging voor de landbouw langs de kust. Ook in Noord-Nederland. LTO Noord werkt in het project Zoet op Zout samen met Acacia Water bij het zoeken naar praktische en betaalbare oplossingen tegen verzilting en organiseerde daarom hierover samen met Acacia Water een kennisbijeenkomst bij akkerbouwbedrijf Noordam in het Groningse Uithuizen.

Perry Mooij, coördinator Veldwerk van Acacia Water legt uit: 'De verwachting is dat verzilting toeneemt. Door langere periodes van droogte en de afname van neerslag neemt de kweldruk van onderaf toe. Dit zorgt ervoor dat het zoute grondwater naar boven wordt gedrukt en hoger komt. Dit komt vooral in de zomer voor. In feite is het zo dat de kuststrook met name uit zout grondwater bestaat. De bovenste laag bestaat uit zoet water dat afkomstig is van regenwater.' De landbouw is afhankelijk van deze neerslaglenzen in de grond om gewassen te bewateren en te laten groeien. In de zomer bij droge periodes kan het gebeuren dat de gehele neerslaglens verdampt. In de praktijk zie je dan dat zout water in de wortelzone komt en dat veroorzaakt schade aan de wortels en de gewassen. De plant neemt het zoute water simpelweg niet meer op. Als akkerbouwer herken je dit als droogteschade aan je gewassen.

Een vraag van een collega-boer: ‘Maakt het uit hoever je perceel van de zee verwijderd is? Mooij antwoordt hierop dat de afstand tot de zee niet uitmaakt. De hoogte van je perceel maakt wel uit. Als je perceel lager gelegen is, dan heb je eerder het niveau van het zoute water bereikt. Het advies van Mooij is om de EC-waarde van je drainwater uit het perceel  te meten, dan weet je de mate van verzilting in je grond.

Mooij licht toe: ‘Met de aangepaste drainage kun je ervoor zorgen dat de neerslag via een stuurbare put of taludbak wordt vastgehouden of dat het zoute kwelwater wordt afgevoerd uit je perceel. Het idee erachter is dat je als akkerbouwer meer zelfvoorzienend wordt en minder afhankelijk wordt van het waterschap. Je zorgt dus zelf voor een zoetwaterbuffer.’

 

Akkerbouwer Noordam heeft een zandig perceel en geen of weinig storende kleilagen. Daarbij heeft hij een lage kweldruk. Toch heeft hij ervoor gekozen om antiverziltingsdrainage aan te leggen. Noordam: ‘Ik heb het systeem vorig jaar laten aanleggen om zoet water te kunnen bufferen. We hebben percelen op verschillende hoogten dus de drainage ligt ook op verschillende hoogte. Mijn eerste ervaring is goed, de drainage werkt. Ondanks de droge zomer van vorig jaar heb ik een goede tarweoogst gehad. Tarwe wortelt diep in de grond en daar merken we in de zomer al snel dat de tarwe blauw wordt en verdroogt. Met de zoetwaterbuffer onder de grond hebben de gewassen toch genoeg zoet water tot hun beschikking. Voor tulpen is beregening weer anders, die wortelen niet diep en hebben dus minder snel last van het zoute water, maar wel van droogte. Dankzij de drainage heb ik de tulpen vorig jaar minder hoeven te beregenen.'

Adviseur Perry Mooij licht toe: Gemiddeld kost zo’n systeem 1.800 euro per hectare extra,  afhankelijk van de drainafstand en de aanlegmethode. Dat is veel geld, maar het levert dus een betere gewasopbrengst op. En als akkerbouwer heb je het waterbeheer meer zelf in de hand. Bijkomend voordeel is dat je minder afspoeling van nutriënten hebt richting het oppervlaktewater. Bovendien heeft zo’n drainagesysteem ook een langjarig effect. Iedere winter dat de zoute kwel verder wordt weggedrukt, groeit de dikte van de zoetwaterlens.