Deze gebieden worden verder ingeperkt door uitbreiding van de Asser woonwijk Kloosterveen. Wij zijn tegenstander van het voorstel om de oplossing nu te zoeken op landbouwgrond. Realiseer foerageergebieden vooral in natuurgebieden en niet op landbouwgrond.
De provincie moet volgens Natuurmonumenten het verlies aan foerageergebieden compenseren, omdat zij een natuurvergunning voor Kloosterakker verstrekte. Hoe die compensatie wordt geregeld en waar, daar is nog onduidelijkheid over. LTO Noord regiobestuurder Brenda Timmerman: ‘Er wordt nu van de landbouw verlangd om onze gewassen op te offeren. Daar zijn wij fel op tegen. Landbouw moet niet de dupe worden van het probleem dat de provincie heeft laten ontstaan.’ In de afgelopen decennia heeft de provincie het laten gebeuren dat vele honderden hectares landbouwgrond omgeturnd werden tot natuur, met als gevolg dat deze gronden niet langer als eetgebied kunnen dienen voor de ganzen en zwanen die in het N2000-gebied Fochteloërveen tot de doelsoorten behoren. Daar komt bij dat de beheerders van het Fochteloërveen niet hebben ingegrepen op de grauwe gans die ondertussen als broedende zomergans het gebied is gaan bewonen en ook schade veroorzaakt aan gewassen op landbouwgrond.
LTO Noord ziet de oplossing om de foerageergebieden in de natuurgebieden te maken Timmerman: ‘Het is prima te doen om voor de ganzen en zwanen gewassen te telen. Met extra foerageergebieden buiten de natuur moedig je de aanwezigheid van die ganzen en hun aantallen aan. Ganzen vreten aan gewassen op akkers en aan grasland. Dit veroorzaakt enorme schade en overlast.’
We moeten toe naar een combinatie van maatregelen die bijdragen aan een efficiënt en duurzaam beheer van ganzen. Veel van de doelen zoals het aantal broedparen wordt volgens het beheerplan van de provincie gewoon gehaald. Als het doel qua aantallen vogels bereikt wordt met de huidige beheermaatregelen, dan is het probleem opgelost. En daar wil LTO Noord het gesprek over met de provincie.
Afgezien van de gewasschade door ganzen en zwanen, vraagt LTO Noord zich af wat de invloed is van alle uitwerpselen van deze vogels op het Natura 2000-gebied. De tussen de tien- en twintigduizend dieren zorgen met hun mest voor aanvoer van stikstof (ammonium) en fosfaat in een hoogveengebied dat volgens de kenners uitermate kwetsbaar is voor die mineralen. Het Esmeer is van oorsprong een voedselarm ven, dat echter verrijkt is met voedingsstoffen door de aanwezigheid van de vele vogels, zo blijkt uit het project Dutch Crane Resort. Bovendien zorgen trekvogels voor de verspreiding van vogelgriep en daarmee vormt dit ook een bedreiging voor de pluimveehouderij. Het zou goed zijn om voor het Fochteloërveen als Natura 2000-gebied echt keuzes te maken.