Klaas de Lange heeft zich meer dan een decennium ingezet als regiobestuurder voor LTO Noord regio Oost. Voor zijn bewezen inzet heeft hij de LTO Noord Gouden Klomp ontvangen. De Lange doet nu een stap terug. Hij kijkt terug op de verbinding met de samenleving en blikt terug op het besturen in de agrarische sector.

Waarom bent u bestuurder geworden?
‘Ik ben al van jongs af aan actief in de belangenbehartiging. Ik vind discussies in de samenleving leuk en de verbinding met de agrarische sector ontzettend belangrijk. Daar wilde ik mij graag voor inzetten.’

Hoe beoordeelt u de verbinding tussen de samenleving en de agrarische sector nu?
‘Als sector voelen wij ons aangevallen door de samenleving, terwijl het maar een kleine groep mensen betreft die kritisch over ons is. De grootste groep in de samenleving waardeert ons, omarmt ons en vindt Nederland zonder boeren onmisbaar. Het is een klein percentage die tegelijkertijd handig is op sociale media. Zij proberen ons in een kwaad daglicht te zetten. Het is lastig om met die mensen in gesprek te gaan.’

Wat zou u tegen die mensen willen zeggen?
‘We zijn een mooie sector. Daar ben ik trots op. We zijn gevarieerd. Van ontzettend goede vakmensen met ongelofelijke technologie tot efficiëntie tot op de laatste millimeter.
‘Daarnaast doen we de laatste jaren veel om tegemoet te komen aan wat de maatschappij vraagt. De stikstofuitstoot is gedaald, het antibioticagebruik is gedaald en er staan meer koeien buiten. De sector werkt er hard aan. Soms wordt ons verweten dat we het sneller en beter moeten doen, maar boeren gaan natuurlijk geen investering doen waar we 25 jaar financiële kosten van hebben. We zetten stappen vooruit, maar geef ons de tijd.’

Wat is u opgevallen na al die jaren besturen?
‘Het heeft mij veel gebracht. Ik was ook portefeuillehouder in de vakgroep Melkveehouderij en heb alle landbouwministers gesproken. Ik kijk terug op een prachtige bestuurlijke periode. Als je dat mee mag maken, zie je dat het ontzettend ingewikkeld is. Je bent geneigd om veel met de waan van de dag bezig te zijn, terwijl het juist ook goed is om te kijken naar de lange termijn. Wat daarbij belangrijk is, is samenwerking. Met bijvoorbeeld terreinbeherende organisaties en winkelketens. Als sector alleen ga je het niet redden. Je moet zorgen dat je in verbinding bent met de samenleving.

Welke gebeurtenis is u het meest bijgebleven?
‘Ik heb in mijn tijd als bestuurder mijn best gedaan voor een aantal ondernemers. Dat waren ondernemers met bedrijven in een Natura 2000-gebied. Mensen die het echt moeilijk hadden en zich opgesloten voelden. Ik ben naar de gedeputeerde gegaan om hun verhaal te vertellen. Ze vielen net tussen wal en schip door ongelukkige keuzes zoals een onhandige peildatum.
‘Van die mensen kreeg ik een appje toen ik ermee stopte. Zij konden uiteindelijk boer blijven en het bedrijf doorgeven aan hun kinderen. Toen ik hun appjes las, kreeg ik kippenvel. Ik realiseerde me daarvoor nog niet hoe belangrijk het was wat ik voor hen had gedaan.’

Is er nog iets wat u tegen leden wilt zeggen?
‘Het is belangrijk dat mensen zich blijven inzetten om te besturen. Het is van grote waarde. Voor het land, voor de sector en jezelf. Je leert er veel van. Het heeft mij ook geholpen strategische keuzes te maken die op de lange termijn goed waren voor mijn bedrijf en gezin.’