Vorige week werd binnen LTO Noord voor de tweede keer op rij de Week van de Vereniging georganiseerd. Het idee is dat we het verenigingsgevoel meer willen delen. Uit onderzoek blijkt dat veel leden en medewerkers daar behoefte aan hebben.

Zelf heb ik ook meegedaan en ik mocht mee met twee collega’s uit de werkorganisatie. We zijn op bezoek geweest bij Stephan Rientjes in het Overijsselse Raalte, een gemengd bedrijf met varkens en akkerbouw. Naast een rondje over het erf, hebben we aan tafel in de zichtstal met hem gesproken. De omgang met zijn multifunctionele bedrijfstak, zijn werkgeverschap en de mestproblematiek waren leerpunten. Zo’n kijkje buiten de deur geeft je nieuwe inzichten.

Ook al zit ik bij veel agrariërs aan tafel, nu voer je toch ook een ander gesprek, over het verenigingsgevoel bij LTO Noord. Goed om te horen dat Stephan te spreken was over ons. Sterker nog, hij vindt het lidmaatschapsgeld het zeker waard. Fijn om te zien dat leden het waarderen dat wij vanuit de bestuurlijke en werkorganisatie hard werken om boeren en tuinders verder te helpen. 

Stephan gaf ook aan dat het goed voelt deel uit te maken van een grote ledenorganisatie. Dat is mooi, want dat is primair ons bestaansrecht. Het is aan ons om de belangen te dienen, maar dat ook zichtbaar te maken. Dat is soms een uitdaging, omdat we vooral achter de schermen van gemeente- en provinciehuizen en binnen het ministerie lobbyen. Deelnemers aan onze Haagse excursies krijgen daar al een beeld van. Juist vanwege de politieke afwegingen kun je niet alles delen wat je wel zou willen.

Het ledenvoordeel dat we willen bieden, kunnen we dus niet altijd goed uitdragen. Daarom is het belangrijk leden er op andere manieren bij te betrekken, hen te spreken en vooral naar hun wensen te luisteren. Zo’n Week van de Vereniging is een prachtig middel. Wie weet mag ik komend jaar op jouw bedrijf langskomen met collega’s en een gevulde LTO Noord-koektrommel!