LNV bezoekt LTO Noord in de Betuwe in het hart van de appel- en perenteelt

  • Regio Oost
  • Gelderland
  • De Betuwe

Hoe zorg je dat besluitvormers over de toekomst van je regio en sector een goed beeld krijgen van hetgeen zich daar afspeelt? Op uitnodiging van het regiobestuur van LTO Noord regio Oost kwam op 14 november een delegatie van het Ministerie van LNV naar Maurik, hartje Nederlandse appel- en perenteeltgebied. Kernvraag: ‘Biedt de overheid nog ruimte voor fruitteelt in Nederland?’

Onder leiding van LTO Noord regiobestuurder Hans van Beuzekom gingen bestuurders en leden van LTO-afdeling De Betuwe het gesprek aan met medewerkers van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV). Ook vertegenwoordigers van provincie, waterschap en gemeente namen deel aan het gesprek, net zoals enkele bestuurders en leden van de Nederlandse Fruittelers Organisatie (NFO). De essentie: hoe houden we als Nederlandse fruittelers een gelijk speelveld binnen Europa, als je bijvoorbeeld alleen al kijkt naar gewasbeschermingsmiddelen?

Reijer de Vree: “Een lastige puzzel”

De discussie werd gevoed door Reijer de Vree, als 20-jarige mede-eigenaar van een fruitteeltbedrijf en bestuurslid van LTO De Betuwe. “We krijgen steeds meer te maken met beestjes die we moeilijk kunnen bestrijden. En dat is heel frustrerend.” De oorzaken: een verminderd aantal toegelaten beschermingsmiddelen en geen natuurlijke vijanden voor de plaagdiertjes. “Daarnaast hebben we te maken met een stapeling van eisen vanuit de overheid; dat maakt de puzzel steeds lastiger. Terwijl we op verantwoorde wijze een ontzettend gezond product telen.”

NFO: “We bieden en doen al veel”

Marc André de la Porte, fruitteler en NFO-bestuurder, was blij met de inbreng van zijn collega, ook voor de toekomst. En terecht, want qua biodiversiteit, landschapsverfraaiing, economische pijler en CO2-opslag is de sector erg waardevol. Ondertussen wordt veel aan kennisontwikkeling gedaan, zoals bij Proeftuin Randwijk. Vanuit het praktijkprogramma Toekomstvisie Gewasbescherming 2023 worden pilots uitgevoerd om ziektes en plagen beter te kunnen beheersen en anderzijds om de emissie van gewasbeschermingsmiddelen te verlagen.

Wens: gelijker EU-speelveld

De sector doet dus al veel op het gebied van waterbeheer en emissieverlaging. Beide teler-bestuurders riepen de ambtelijke delegatie daarom op om werk te maken van een aantal zaken waarop telers geen invloed hebben. Vooral gaat het daarbij om een snellere toelating van nieuwe - en nog verantwoordere – beschermingsmiddelen. Ook een gelijker speelveld in de EU rond de toelating van die middelenmarkt biedt eerlijker kansen. Nu mogen in België middelen gebruikt worden die in Nederland niet toegestaan zijn. 

Fruitteler Hans de Heus: milieubewust spuiten

Tijdens de rondleiding op zijn Maurikse fruitteeltbedrijf liet Hans de Heus vervolgens zien hoe milieubewust hij omgaat met gewasbeschermingsmiddelen. Ook gaf hij een inkijk in toekomstige technieken waarbij met een drone onder andere de bloesem gekwalificeerd wordt en aan de hand daar van een eventuele dosering berekend wordt.  Momenteel bepaalt hij op basis van moderne weermodellen per dag en uur exact op welk moment hij het best kan spuiten. Kalenderlandbouw past daar dus niet in. En dan nog, spuiten doe je niet zomaar, al is het maar vanwege de hoge kosten (per spuitronde 100 euro per hectare, ofwel een maandloon voor 20 tot 30 hectare).

Uitdagingen en toekomstkansen

Daarnaast duidde de teler enkele andere zaken waar de sector mee te kampen heeft. Dat varieert van beperkende pachtregels en de beschikbaarheid en huisvesting van seizoenarbeiders tot de ophoging van minimumlonen en de negatieve beeldvorming van gewasbeschermingsmiddelen. Positief nieuws is er ook, want De Heus ziet dat supermarktketen Jumbo tegenwoordig weer kiest voor Nederlandse appels, zoals ook de door hem geteelde rassen Kanzi en Tessa. Voor een gezonde toekomst van eigen bodem. 

LNV: luisteren naar het vakmanschap

Terugblikkend viel de LNV-delegatie de thematiek op. Waar het bij de melkveehouderij veelal om mest, ammoniak, broeikasgassen en grond gaat, staat in de fruitteeltsector gewasbescherming centraal. Het werken in meerjarige opstanden (>16 jaar) brengt specifieke vraagstukken met zich mee wat beheersing van ziekten en plagen in opeenvolgende teeltseizoenen extra complex maakt.  Daarbij is het belangrijk om goed naar elkaars wensen en vakmanschap te luisteren en vertrouwen in elkaar te hebben, vond delegatieleider Renze Portengen. Het wel of niet toekennen van bepaalde middelen gebeurt op basis van wetenschappelijk onderzoek, dus daar gaat het Ministerie niet direct over, maar de roep om duidelijkheid gaat wel mee terug naar Den Haag. Daarnaast zitten LTO Noord en NFO aan tafel met de gedeputeerde om de gebiedsopgaven in het Vitaal Landelijk Gebied Gelderland voor de provincie en gebiedsprocessen te bespreken. “Daarom is het ook goed dat vandaag zowel rijk, provincie, waterschap als gemeente actief meedoen aan dit gesprek”, zo stelde Portengen.

Serie van 5 LNV werkbezoeken 

Dit is het vervolg van een werkbezoek van het LNV-ministerie aan LTO Randmeerkust. Daar kregen de ambtenaren een inkijkje in de problematiek waar agrariërs in met name de Veluwe tegenaan lopen. Dit werd erg gewaardeerd door alle betrokkenen. Daarom organiseren we als LTO Noord regio Oost ook bezoeken in de andere gebieden. In augustus werd Twente (beekdalen en bufferzones) bezocht en in oktober de Achterhoek (droogte en akkerbouw). Op 23 november volgt het laatste werkbezoek aan Noord-West Overijssel.