De provincie Overijssel heeft natuurdoelanalyses opgesteld voor de stikstofgevoelige Natura-2000 gebieden. De Ecologische Autoriteit heeft hierop gereageerd. ‘Wij delen de conclusie van de Ecologische Autoriteit. De informatie is onvolledig en daarom kunnen er geen goede conclusies getrokken worden’.
Dit zegt Harold Zoet, regiovoorzitter LTO Noord Oost.
Uit die adviezen van de Ecologische Autoriteit blijkt dat er nog veel onbekend is over de staat van de natuur. Zo laten de natuurdoelanalyses niet zien wat het effect is van maatregelen die al zijn genomen in de diverse gebiedsprocessen.
In de natuurdoelanalyses worden ook slechte scores toegekend als er onvoldoende informatie is over een gebied. De reden hiervoor is dat verslechtering van de natuur dan niet kan worden uitgesloten. ‘Dat is natuurlijk de omgekeerde wereld. Men moet gewoon het veld in gaan en kijken hoe het zit. Het is echt te makkelijk om te zeggen: we weten het niet, dus zal het wel slecht zijn. Er is hier sprake van een systeemfout. Dat nemen we niet zozeer de provincie kwalijk, zij zijn verplicht om volgens deze manier te werken. Maar tegen die manier van werken hebben wij wel grote bezwaren. Het is onvolledig en puur theoretisch. De analyses zien eruit alsof ze vanachter een tekentafel zijn gemaakt’, zegt Harold Zoet.
Een ander onevenwichtig aspect in de natuurdoelanalyses is het systeem van ‘one out-all out’. Als een gebied op één onderdeel slecht scoort, bijvoorbeeld stikstofbelasting of waterkwaliteit, dan scoort het hele gebied rood. Andere onderdelen die dan wel goed zijn kunnen niet meer tot een ander eindoordeel leiden. Hierdoor schetsen de natuurdoelanalyses een te somber en negatief beeld.
Voor LTO Noord is het belangrijk dat er met de daadwerkelijke informatie wordt gewerkt. LTO Noord constateert daarbij dat de Ecologische Autoriteit deze mening deelt en ook aangeeft in hun reactie dat veel meer inzicht nodig is om een betrouwbare conclusie te trekken. ‘Boeren en tuinders in Overijssel zijn bereid om de stikstofbelasting naar beneden te brengen. Dan zal de staat van de natuur verbeteren. Hiervoor is het wel noodzakelijk dat economische ontwikkelingen niet op slot worden gezet. Door deze slecht scorende natuurdoelanalyses is het risico groot dat dit wel gebeurt. Dit werkt averechts. Als ontwikkelingen worden bevroren, kan de sector ook geen effectieve en innoverende maatregelen meer nemen’, zegt Harold Zoet.
Tot slot roept hij op om zo snel mogelijk aan de slag te gaan. ‘De provincie moet snel aan de slag om écht in kaart te brengen wat de staat van de natuur en in welke richting de natuur zich ontwikkelt. Pas dan valt goed te bepalen wat de situatie is en welke maatregelen nog nodig zijn. Daar willen wij ook bij helpen. Vervolgens moeten we samen kijken, met alle sectoren, hoe we het beter kunnen doen. Boeren en tuinders hebben altijd geïnnoveerd en zijn daar ook goed in’, zegt Harold Zoet.