LNV-medewerkers naar Noord West Overijssel: extensief boeren, een intensief proces

  • Regio Oost
  • Overijssel
  • West Overijssel
  • Steenwijkerland

Hoe zorg je dat besluitvormers over de toekomst van je regio een goed beeld krijgen van wat zich daar afspeelt? Op uitnodiging van het regiobestuur van LTO Noord regio Oost kwam op 23 november een delegatie van het Ministerie van LNV naar Noord West Overijssel.

Hoe boeren graag extensiever willen, maar dat niet zo gemakkelijk kunnen.

Onder leiding van LTO Noord regiovoorzitter Bert Zandman gingen enkele bestuurders en leden van LTO-afdelingen West-Overijssel en Steenwijkerland het gesprek aan met medewerkers van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV). Ook vertegenwoordigers van provincie, waterschap en gemeente namen deel aan het gesprek. De insteek: hoe komen we als agrarische sector verder met alle uitdagingen vanuit het Provinciaal Programma Landelijk Gebied (PPLG)? Want, veel bedrijven willen graag, maar weten nog niet goed waar ze aan toe zijn.

Evenhuis: precisielandbouw werkt beter…

Zo stelde Jan Pieter Evenhuis, akkerbouwer en loonwerker te Giethoorn, dat een zekere schaalgrootte essentieel is. - “Voor veel individuele boeren is die administratieve regelgeving niet te doen.” - Op zo’n 750 hectare werkt hij samen met tien agrariërs, ook op het gebied van grondruil. Dankzij deze schaalgrootte kan hij investeren in precisielandbouw met alle positieve gevolgen: de nieuwste machines leiden tot 80% middelbesparing en dus tot een beter product. “Gewasbescherming is essentieel, maar hoe minder ik hoef te spuiten, hoe meer ik bespaar.”

…maar de overheid moet wel meewerken

Maar, dergelijke machines kosten tonnen en de borging van behaalde resultaten is nog niet geregeld, waardoor de beloning vanuit het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) op zich laat wachten. Terwijl Evenhuis de taakkaarten op een presenteerblaadje heeft: “Realiseer die borging en geef ons dus duidelijkheid over meerdere jaren.” Daarnaast zou hij graag zien dat de overheid geen maatregelen stapelt, voordat gekeken is naar het effect van de huidige maatregel. 

Boeren van Blokzijl: “Welke doelen?”

Die behoefte aan schaalgrootte ervaren de 19 samenwerkende boeren in het gebiedscollectief De Boeren van Blokzijl ook. Zij boeren - door de Vogelrichtlijn - inmiddels ín het Natura-2000 gebied ‘De Wieden’, met beperkingen. Melkveehouder Kasper van Benthem en een aantal anderen willen door en zetten in op extensivering en een gezamenlijk gebiedsplan. “We willen graag de regie houden, maar weten tegelijk eigenlijk nog steeds niet wat de doelen en normen zijn waar we uiteindelijk aan moeten voldoen.” Daarnaast blijft het de vraag hoe vrijkomende grond van stoppende boeren gefinancierd kan worden, om die extensivering te bereiken met een goed verdienmodel. Het Didam-arrest werkt in die zin ook niet mee om pachtgronden voor langere tijd in gebruik te krijgen.

Van Zijtveld: “Investeren zonder rendement”

Ook op het melkveebedrijf van Pieter en Alien van Zijtveld nabij Rouveen blijkt dat het echtpaar graag wil extensiveren, maar dat vooral de financiering en beschikbaarheid van grond dat in de weg staat. Veel investeringen na de bedrijfsovername waren noodzakelijk om te voldoen aan regelgeving. Dit leidde echter vooral ook tot een hogere kostprijs wat weer leidde tot meer intensivering: “Ons perspectief was een volle tank.” De toekomst zit vol onzekerheid en uitdagingen, mede door de afschaffing van de derogatie en de PPLG-plannen rond het verhogen van de waterstand in het veenweidegebied achter de boerderij. En dan is er nog het zicht op de flink gestegen rente op de bedrijfslasten, waarmee de jonge ondernemers straks te stellen hebben. “Stel dat de melkprijs 20 cent hoger lag”, schetst Alien, “dan hadden we niet zo intensief hoeven boeren en waren alle maatregelen niet aan de orde geweest.”

Serie van 5 LNV werkbezoeken 

Dit was de laatste in een reeks van vijf werkbezoeken van het LNV-ministerie op uitnodiging van LTO Noord regio Oost aan gebieden met verschillende problematieken. Het eerste bezoek aan LTO Randmeerkust werd erg gewaardeerd door alle betrokkenen. Daarom kreeg dit vervolg. In augustus werd Twente (beekdalen en bufferzones) bezocht en in oktober de Achterhoek (droogte en akkerbouw). Medio november was het voorlaatste bezoek aan de Betuwe (fruitsector). 

  • Met deze bezoeken hopen we dat de medewerkers van LNV een beter beeld hebben gekregen van hoe beleid uitwerkt op agrarische bedrijven, waar ondernemers tegenaan lopen en wat ondernemers van de overheid vragen.