Mathieu Gremmen van Waterschap Rivierenland geeft stokje over

  • Gelderland
  • Regio Oost
  • Achterhoek Noord
  • Bommelerwaard
  • De Betuwe
  • De Liemers Montferland
  • Gelderse Vallei
  • West Achterhoek
  • Zuid-Oost Veluwe

Na 31 jaar bestuur in het waterschap, waarvan 27 als heemraad, kondigt Mathieu Gremmen (67) zijn vertrek aan bij Waterschap Rivierenland. Hij keert niet terug in een nieuw college. Met oog voor de agrarische belangen had hij ook goed contact met LTO Noord.

De fruitteler - en ZLTO-lid bij afdeling Maas en Waal - uit het Gelderse Horssen bouwde een reputatie op als kundig en betrokken bestuurder. In 1991 werd Gremmen lid van het algemeen bestuur van Polderdistrict Groot Maas en Waal, in 1995 werd hij heemraad. De fusie in 2002 tot Waterschap Rivierenland was een langdurig traject. “De kennis van de agrarische praktijk en het gebied hielp me om scherp te zijn op de inhoud.”

Samenwerking met LTO Noord-bestuurders

Martien Nillesen, als naburig bestuurder van LTO Noord regio Oost, had veel contact met Gremmen over ‘waterzaken’. “Mathieu kun je bestempelen als een strateeg die weet hoe de wereld van het waterschap in elkaar zit. Hij wist de agrarische belangen doeltreffend te behartigen binnen het steeds ‘groener’ wordende waterschap. Bijvoorbeeld met innovatieve projecten, zoals waterbesparende systemen om beregeningsverboden bij kwetsbare natuur af te wenden. Maar hij belde mij ook wanneer er gewasbeschermingsmiddelen bij de rioolzuivering geloosd werden, om dat op te lossen. De samenwerking was altijd goed.”

Gremmen: “Een dijk is niet links of rechts georiënteerd”

Bij Gremmen stond het algemeen belang van het waterschap altijd voorop. Zijn visie: “Een dijk is niet links of rechts georiënteerd, water is dat ook niet. Willen we als bestuur rolvast zijn en sturen op hoofdlijnen, betrek dan kennis van zaken in je afweging. Via het water raken we aan tal van beleidsterreinen: klimaat en biodiversiteit, droogte en bodemdaling, de toekomst van het landelijke gebied. De landelijke koers wordt dat water en bodem leidend zijn in de vele ruimtelijke opgaven. Het waterschap kan dat waarmaken, met kennis van zaken, van mensen, van het gebied.”