Door eiwit van eigen land beter te benutten kun je de kosten van de aankoop van eiwit drukken.
Het project ‘Eiwit van eigen land’ is voor de deelnemers daarom ook een mooie gelegenheid om te testen met andere gewassen. We spraken hierover met Joël de Baat uit Giessen-Oudekerk, een van de deelnemers
Joël (25) is samen met zijn ouders Gerrit en Mirjam eigenaar van hun boerderij in Giessen-Oudekerk. Ze melken rond de 70 koeien en hebben 43 ha grond in gebruik, waarvan 4 ha maïsland is. Daarnaast hebben ze 3,5 ha in een natuurbeheerpakket zitten, waarvan 1,7 ha plas-dras en 1,8 ha uitgestelde maaidatum met voorweiden.
In samenwerking met PPP Agro Advies en LTO noord is een eiwitplan opgesteld voor jullie bedrijfsspecifieke situatie. Wat vonden jullie van hiervan?
“Het eiwitplan is duidelijk, er is goed mee te werken. Ik denk dat het goed is om (beter) na te denken hoe je de eiwitopbrengst kunt maximaliseren.”
In het eiwitplan worden een aantal maatregelen genoemd om de benutting en productie van eigen eiwit te verhogen, dit zijn:
Het is gewenst om het ruw eiwitgehalte in het eigen ruwvoer omlaag te krijgen, hiervoor is het doel om de voorjaars- en tweede snede kuil te oogsten bij een gemiddeld ruw eiwitgehalte van 17,5% per kg droge stof. Dit kan bereikt worden door bewuster te bemesten in het voorjaar en door niet te vroeg te maaien.
Door snelle lente rogge door te zaaien in het najaar wordt de productie en benutting van eiwit verhoogd.
We vroegen Joël naar hun motivatie om deel te nemen aan dit project, Joël zegt hierover:
“Het leek mij wel interessant om een ander gewas te proberen op deze grond ( 40 cm klei op veen ) en dit was daar een mooie gelegenheid voor. Ook willen we meer eiwit en opbrengst van eigen land halen.”
En hoe zijn jullie betrokken geraakt bij dit project?
“Via een vriend van mij; Sander Heikoop, die er samen met Sjon de Leeuw mee bezig was”, aldus Joël.
Er is gekozen voor snelle lente rogge, waarom is voor dit gewas gekozen en kunnen jullie je hierin vinden?
Joël antwoord: “Samen met Sjon de Leeuw hebben we via de kringloopwijzer gekeken waar ons bedrijf behoefte aan had en welke gewassen daar voor in aanmerking kwamen. Op basis van de laatste jaren die erg droog waren, werd duidelijk dat we eigenlijk massa nodig hebben. We kunnen ons er daarom wel in vinden, ook al weet je van te voren niet hoe het uit gaat pakken. Daar is het tenslotte een proef voor!”
“We hebben nog wel getwijfeld om de snelle lente rogge na de maïs te zaaien en in het voorjaar te maaien, voordat de nieuwe maïs gezaaid zou worden. Maar hier hebben we toch niet voor gekozen, omdat dit volgens mijn vader en onze voeradviseur mogelijk ten koste zal gaan van de maïsopbrengst”, vervolgt Joël.
Volgens Joël kun je vooruitgang boeken met je bedrijf wanneer je de opbrengst kunt maximaliseren en daarbij de kosten van de aankoop van eiwit en/of voer kunt drukken. Maar het ziet er voorlopig naar uit dat de proef slechts beperkt succesvol is.
“Een succes is de proef misschien nog niet, maar het is wel een goede zaak dat er in de praktijk geëxperimenteerd wordt om te proberen meer eiwit, en in ons geval meer massa, van het land te krijgen”, aldus Joël.
Wat ging er goed?
Joël zegt: “De voorgestelde maatregelen zijn praktisch goed toepasbaar en ze blijven waarschijnlijk. In het voorseizoen gaan we meer drijfmest gebruiken.”
Wat ging er minder goed?
“We hebben alleen rogge op het grasland, maar deze komt niet op. Waarschijnlijk is het gewas verdronken”, zegt Joël. “En misschien zijn er nog alternatieve gewassen om (door) te zaaien die het beter doen.”
“Het is lastig om het juiste moment te vinden om te maaien. Niet te vroeg maaien gaat soms ten koste van het eiwit in de kuil. Je wilt niet te vroeg zijn omdat je meer massa wilt, maar ook niet te laat omdat het ten koste gaat van de kwaliteit.”
Joël vervolgt: “Uit de analyse kwam wel naar voren dat het ruw eiwit in het najaarsgras slecht benut wordt, daarom willen we proberen het ruw eiwit in het najaarsgras te verlagen. Dit gras gaat nu vaak naar het jongvee.”
Het project ‘Eiwit van eigen land’ heeft als doel om op bedrijfsniveau de eiwitbenutting te verhogen en daarmee ook emissiereductie mogelijk te maken. Op drie melkveebedrijven in Krimpenerwaard en Alblasserwaard zijn percelen doorgezaaid met rogge, tarwe en gerst. Deze gewassen nemen de vrijkomende stikstof in de bodem dit najaar op om te groeien.
Samenwerkende partners zijn PPP Agro Advies en LTO Noord. Het project ‘Eiwit van eigen land’ is onderdeel van het LTO Noord programma ‘Duurzame Energie’. Eiwit van eigen land wordt gefinancierd door RvO.
