Nieuws
22 juli 2025

‘Met nieuwe structuur afdelingen nog beter in hun kracht zetten’

Besturen zit Martin Immink in het bloed. De ervaring die hij door de jaren heen heeft opgebouwd als bestuurder bij lokale sportverenigingen, komt hem als voorzitter van LTO Noord in provincie Overijssel goed van pas. ‘En natuurlijk sta ik er niet alleen voor.’

LTO Noord heeft een nieuwe organisatiestructuur, met nieuwe bestuurders. Maar hoe nieuw is Martin Immink eigenlijk? Zouden we hem al ergens van moeten kennen?

Immink: ‘Ik ben niet zo nieuw hoor, ik draai al een tijdje mee als bestuurslid binnen LTO Noord. In de afgelopen drie jaar ben ik regiobestuurder geweest met als portefeuille Bodem & Water. En in de negen jaar daarvoor was ik voorzitter van de afdeling West-Twente.’

Wat voor een bedrijf heeft u?

‘Ik heb in maatschap met mijn zoon een melkveehouderij met 115 koeien in het Overijsselse Daarle, dat ligt in gemeente Hellendoorn. We hebben 37 hectare eigen grond onder ons bedrijf. Daarnaast pachten we in de omgeving nog zo’n 25 hectare, in familieverband.’

Welk thema valt onder uw bestuurdersvleugels?

‘Het thema Bodem & Water. Een voortzetting dus vanuit mijn vorige functie. En een belangrijk thema, vind ik, want de bodem vormt in feite de basis van ieder boerenbedrijf. Dat inzicht is door de jaren heen alleen maar sterker geworden. Ik heb in het verleden aan verschillende studieclubs deelgenomen, waar ik heel wat heb bijgeleerd van bodemdeskundigen. Niet dat ik mezelf nu als deskundige beschouw, daar komt veel meer bij kijken. Maar het voordeel van een flinke basiskennis is dat je gerichter vragen kunt stellen. En daarmee dring je sneller door tot de kern van een bepaalde kwestie.’

U vertegenwoordigt ook andere sectoren dan de melkveehouderij, is dat niet lastig?

‘Een voorzitter moet vooral de grote lijnen en het algemeen belang in de gaten houden. Dan doet het er niet toe welk bedrijf je zelf hebt. Daar komt bij dat ik er natuurlijk niet alleen voor sta. Als ik iets niet weet, dan kan ik altijd doorverwijzen. Binnen LTO Noord is veel kennis aanwezig. Bij bestuursleden, in de vakgroepen en bij beleidsmedewerkers.’

Zoals elke provinciaal voorzitter heeft u ook een ‘wingman’. Kunt u uitleggen waarom u en vice-voorzitter Rolf Roelofs een goed koppel vormen?

‘Ik denk dat Rolf en ik elkaar goed aanvullen. Waar ik nog weleens het hart op de tong heb liggen, is hij wat bedachtzamer. Rolf heeft zijn dossierkennis goed op orde, met oog voor gevoeligheden. Neem bijvoorbeeld de beekdalen in Noordoost-Twente. Ondernemers vrezen dat ze forse bufferzones moeten aanhouden, wat een enorme claim op hun grond zou leggen. Dan is het belangrijk dat je de juiste woorden kiest, dat gaat Rolf goed af.’

In de nieuwe organisatiestructuur is het uitgangspunt dat de lijnen naar afdelingen en leden korter worden. Hoe denkt u dat voor elkaar te krijgen?

‘In het provinciaal overleg halen we op wat leeft en speelt, om vervolgens met elkaar vast te stellen wat nodig is om uitdagingen op te pakken. Ik verwacht dat we de afdelingen hiermee nog beter in hun kracht kunnen zetten. Ze zullen zich beter gehoord voelen. En het stelt ons als provinciaal bestuurders in staat op een goede manier uit te leggen hoe we tot bepaalde standpunten komen.’

Naast boer en bestuurder bent u ook mens. Hoe zou u zichzelf omschrijven? Wat vindt u van uzelf bijvoorbeeld een goede eigenschap, en waaraan kunt u nog werken?

‘Ik denk dat ik een redelijk vlotte denker ben, in staat om snel hoofd- en bijzaken te scheiden. Tegelijkertijd kan dat ook een valkuil zijn. Je moet oppassen dat je niet voor de troepen uitmarcheert. Dus ik moet niet te snel voor zoete koek aannemen dat de boodschap voor de hele achterban direct duidelijk is.’

Heeft u een levensmotto?

‘Neem het leven niet te serieus. Probeer zaken altijd te relativeren, hoe zwaar of moeilijk ze soms ook lijken.’

Mogen ze u ‘s nachts ergens voor wakker maken?

‘Nou, als er een definitieve oplossing is gevonden voor de PAS-melders, dan mag dat zeker. En anders mogen ze mij altijd wakker maken voor een goede nachtrust.’

Als u een uitstapje maakt, wat is dan een favoriete bestemming en waarom?

‘Dat is iedere keer anders. Nieuwe dingen zien en beleven blijft toch het leukste.’

Stel: u zou één uitdaging waar boeren en tuinders voor staan mogen kiezen om morgen opgelost te hebben. Welke zou dat zijn en waarom?

‘In één woord: stikstof. Door de stikstofproblematiek in Nederland staat alles op een laag pitje, zelfs de investeringen op het gebied van verduurzaming.’

Tekst: Frank de Olde | Foto: Bert Kamp

LTO Dichtbij app

Blijf up-to-date met het laatste nieuws voor jouw agrarische bedrijf via de LTO Dichtbij app.

Word lid

Word lid van LTO Noord en versterk je positie in de agrarische sector. Meld je nu aan!

Boer aait koe in weiland.