Deze week is er onterecht onrust ontstaan; de landbouworganisaties zouden akkoord zouden zijn gegaan met natuurcompensatie op landbouwgrond om een groene dijk bij Koehool-Lauwersmeer te realiseren.
Naar aanleiding van de onrust hebben we vanmiddag een persbericht verstuurd. Tineke de Vries (LTO): “We zitten goed aan tafel met de ander partijen. De eindfase nadert en het wordt nu best spannend, maar er is nog niets besloten.”
In het proces rond de dijkversterking Koehool-Lauwersmeer (1Dyk) wordt onderzocht of een zogenaamde groene dijk tot de mogelijkheden behoort. Een groene dijk heeft een minder steil talud, ten opzichte van een standaard geasfalteerde dijk, en vraagt daarom een beperkt aantal meters richting de Waddenzee. Daarmee kom je in Natura2000 gebied en moet met de huidige wetgeving natuur gecompenseerd worden.
LTO Noord, de Nederlandse Akkerbouw Vakbond (NAV), Het Friesch Grondbezit, Pachtersvereniging Buitendijk en de Agrarische Jongeren Friesland hebben zich georganiseerd en treden gezamenlijk op in dit proces om de belangen van de landbouw binnen- en buitendijks in het gebied te behartigen. Zowel bestuurlijk in de stuurgroep als in het programmateam.
Deze week is er onrust ontstaan en gaan er geruchten rond. Daarnaast is een Woo-verzoek ingediend door de Dutch Dairymen Board en Farmers Defence Force. De berichten dat de landbouwpartijen akkoord zouden zijn met natuurcompensatie binnendijks op landbouwgrond om een groene dijk mogelijk te maken, zijn onjuist. We horen ook dat boeren zich zorgen maken over het voortbestaan van hun bedrijven binnendijks en buitendijks.
Wij herkennen deze zorgen, om die reden hebben we ons verenigd en doen we met een gezamenlijke visie mee in dit proces. Hierin staan de landbouwbelangen voor ons uiteraard voorop. Waar mogelijk kijken we naar win-win situaties. De uitkomst van het proces is op dit moment nog niet duidelijk, maar we komen nu wel in een fase die op korte termijn tot duidelijkheid moet leiden. Duidelijkheid die leidt tot een advies van de stuurgroep aan de raden en staten, waar de uiteindelijke besluitvorming plaats vindt.
De afgelopen jaren hebben de landbouworganisaties zich steeds kritisch maar constructief opgesteld in dit proces om het landbouwbelang zo goed mogelijk te dienen. Dat blijven we de komende tijd ook doen.
