Per grootvee-eenheid (GVE) werd zelfs een reductie van 15,3% behaald. Voor methaanemissie viel de reductie lager uit; per deelnemend bedrijf steeg de emissie zelfs met 1,9%. Per GVE of liter melk daalde de CH4 emissie wel met ruim 4%. De uitstoot van methaan verminderen blijkt complexer; er zijn soms tegenstrijdigheden. Niet alles wat goed is voor methaan, is ook goed voor ammoniak. Waar doe je goed aan?
Technisch én praktisch haalbaar
De resultaten zijn gebaseerd op de KringloopWijzer die melkveehouders jaarlijks invullen. Deelnemers van Netwerk Praktijkbedrijven laten zien dat je met goede managementmaatregelen ammoniak kunt verminderen. Denk aan: minder ruw eiwit in het rantsoen, minder jongvee, meer VEM en een lagere methaan-emissiefactor.
Voor het verlagen van methaan helpt het om meer vers gras en snijmais met veel zetmeel te voeren en minder krachtvoer te gebruiken. Ook helpt het om water toe te voegen aan de mest, het juiste boxenstrooisel te kiezen en minder spoelwater in de mestkelder te gebruiken.
Win-win situatie
Maatregelen zijn pas aantrekkelijk als ze ook geld opleveren. Deelnemer Leendert van Staalduijnen vertelt: “Een koe die lekker in haar vel zit, produceert meer melk. Dat maakt het economisch interessant.” Door betere ruwvoerkwaliteit en minder krachtvoer daalt de uitstoot én de kosten, terwijl de melkproductie stijgt.
Waarom zet LTO Noord zich hiervoor in?
LTO Noord vindt het belangrijk dat leden die willen verduurzamen, daarbij goed worden ondersteund. Het verminderen van ammoniak- en methaanemissies helpt om bij te dragen aan milieuopgaven. LTO Noord zet zich daarom in voor praktische en haalbare oplossingen, die passen bij agrarische bedrijven. Via projecten zoals Netwerk Praktijkbedrijven en hulpmiddelen als de KringloopWijzer zorgen we ervoor dat agrarische ondernemers kunnen werken aan verduurzaming op een manier die ook economisch verantwoord is.