Haalbaar kader voor waterkwaliteit
LTO Noord vindt het belangrijk dat de agrarische sector bijdraagt aan het verbeteren van de waterkwaliteit, maar wel binnen een haalbaar en uitvoerbaar kader. Niet alle wateropgaven zijn toe te schrijven aan de landbouw en LTO Noord wil voorkomen dat boeren onterecht de volledige verantwoordelijkheid krijgen. Samenwerking met waterschappen en provincies is daarbij essentieel. LTO Noord zet zich daarom in om:
Inzicht te krijgen in de voortgang van de KRW-opgaven, met speciale aandacht voor gebieden waar doelen niet worden gehaald.
Samen met waterbeheerders te onderzoeken welke opgaven binnen het bereik van de agrarische sector vallen.
Regionale gesprekken te voeren om te komen tot passende maatregelen.
Beleidsmatig bij te dragen aan gebiedsdossiers.
Te werken in projecten om de praktische toepasbaarheid van maatregelen te onderzoeken.
De brug tussen beleid en het boerenerf
LTO Noord heeft de afgelopen jaren belangrijke stappen gezet om de positie van boeren en tuinders op het gebied van waterkwaliteit te versterken. Daardoor is er bij modelstudies meer oog voor de herkomst van verontreiniging, zoals buitenlandse aanvoer en lozingen door rioolwaterzuiveringsinstallaties. Ook is LTO Noord actief betrokken bij het beleid rond de Kaderrichtlijn Water (KRW), gebiedsdossiers en regionale waterplannen.
Via programma’s als het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW) doen we op steeds meer plekken ervaring op met praktijkgerichte maatregelen voor agrarisch bodem- en waterbeheer. Waar liggen kansen voor boeren om te werken aan waterkwaliteit en wat betekent dat voor hen? LTO Noord vormt hierin de brug tussen beleid en het boerenerf.