Van mysterie naar meetbaar
“Bij ammoniak wisten we al veel eerder wat werkte,” vertelt Stefan van ’t Ooster, bedrijfsbegeleider bij Netwerk Praktijkbedrijven. “Als je kijkt naar het rantsoen, dan is ammoniak vrij rechtlijnig: minder eiwit in het rantsoen betekent minder uitstoot. Omdat eiwitrijke grondstoffen duur zijn, levert dat meestal direct een besparing op in de voerkosten. Boeren kunnen daar snel mee aan de slag.”
Methaan voelt daarentegen al jarenlang als een lastig te doorgronden proces. Het gas ontstaat onder andere tijdens de vertering in de pens van de koe en de mechanismen zijn complex en minder voorspelbaar. Onderzoekers én boeren tastten lang in het duister – niet alleen rond het rantsoen, ook op gebied van dier en mest.
Robin Walvoort, onderzoeker bij Wageningen Livestock Research, vult aan: “Sommige maatregelen die gunstig zijn voor ammoniak, werken juist averechts voor methaan. Het was lange tijd zoeken: hoe kunnen we sturen op methaan zónder dat het ten koste gaat van melkproductie of andere doelen?”
Kuilkwaliteit bepaalt uitstoot
Sinds 2021 worden op vijftien* onderzoeksbedrijven van Netwerk Praktijkbedrijven stalmetingen gedaan naar methaan. Uit de data komt een duidelijke lijn naar voren: vooral de kwaliteit en opname van het ruwvoer maakt verschil in de uitstoot. Oftewel: een goede gras- of maïskuil heeft een lagere methaanemissiefactor (EF, gram CH₄ per kilo droge stof) dan een matige kuil. Maar wat verstaan we onder ‘goed’?
,,Bij graskuilen gaat het hier kortgezegd om een jong, droog gekuild gewas met minder ruwe celstof. Bij snijmaïs spreken we van een zetmeelrijk gewas”, aldus Van ’t Ooster. ,,Het Netwerk biedt steeds meer inzicht en concrete tips om zo’n goede kuil te maken.”
“De boodschap is verrassend simpel,” aldus Walvoort. “Zorg voor goede kuilen, accepteer geen slechte. Begin bij jong maaien en droger inkuilen. Daarmee verlaag je de emissiefactor én zorg je voor beter benutbaar eiwit. Zo sla je twee vliegen in één klap: gunstig voor methaan én ammoniak.”
* Eind 2022 zijn de metingen op 1 bedrijf gestopt.
De kernpunten voor boeren
De kernpunten voor het sturen op een lagere methaanuitstoot via het rantsoen zijn:
Focus op hoge kwaliteit graskuilen: jong maaien en droger inkuilen.
Focus op zetmeelrijke snijmais passend bij je rantsoen.
Maximaliseer vers gras in het rantsoen.
Verlaag de krachtvoergift als het ruwvoer op orde is.
“Vraag jezelf als boer steeds twee dingen af,” vat Van ’t Ooster samen. “Hoe zorg ik dat ik altijd goede kuilen maak, en hoe vergroot ik de opname van vers gras? Als je dat voor elkaar hebt, bespaar je kosten, verlaag je methaan én voer je minder krachtvoer aan. Dat is winst voor boer én klimaat.”